Geschiedenis
Toponymie
Het dorp is vernoemd vanaf 779 als Harimala.
Verschillende etymologies zijn voorgesteld: Hari (leger), mael (windmolen of
rechtbank) of mallum
(gronden voor het verzamelen van troepen) of mathla
(toehoorders, rechtbank) en harja
(leger) in Germaanse talen van de Hoge Middeleeuwen.
De naam verandert (in 947 Harimalla,
in 1131 Harmala)
tot in 1524 Hermal devant
Floene of Hermal
devant Floene Saint Martin te worden ; er is gewoon Hermal
geschreven op de kaarten Namurcum
Comitatus van Johannes Surhonius in 1579, Lüttich
van Abraham Ortelius (Antwerpen, 1612) en Kaart van Nederland Oostenrijkse
van Joseph Ferraris (gepubliceerd tussen 1770 en 1778).
Deze benamingen verdwijnen vanaf 1800 ten baten van Hermalle-sous-Huy
wat betekent "Hermalle stroomafwaarts van Hoei".
In het Waals zegt en schrijft men Hèrmåle-dizo-Hu.
In de Middeleeuwen was het blazoen van Hermalle "sabel met 6
argent lelies".[1]
De kreet was "Donmartin! ".

Zegel van Hermalle |

Schema van het blazoen |
Geschiedenis
Prehistorie 
De oudste sporen van menselijke bezetting in de streek zijn die van Homo neanderthalensis
[2]
(250.000 tot 25.000 jaar voor Christus).
Men zou
hem de Engis-mens moeten noemen :
Twee schedels, skeletresten van mensen en dieren (zoals de mammoet of
de
wollige neushoorn) en instrumenten van die tijd werden gevonden in de
grotten van Engis en Engihoul door dr. Philippe-Charles
Schmerling.
Neanderthal-mens werd ontdekt in 1886, Spy-Mens in 1856.
De originaliteit van Schmerling bestaat in zijn opmerkingen : «
les ossemens humains ont été ensevelis
à la même époque et par la
même cause que ceux des restes des races [animales]
éteintes. »
(de
menselijke beenderen werden begraven in dezelfde
tijd en door dezelfde
oorzaak als de resten van de uitgestorven diersoorten)
Menselijke paleontologie werd geboren, maar niemand wist het...
Destijds
is de Genesis
de algemeen geaccepteerde theorie over de verschijning van de
mens : 6 000 jaren vroeger creëerde God de
wereld in
6 dagen.
Het bestaan van een man levend op aarde vóór de Zondvloed
is dus niet rechtstreeks toegelaten.
|

Philippe-Charles Schmerling
(1790-1836)
vader van de menselijke paleontologie |
Neanderthal-mens was lang voorgesteld als een ondersoort van Homo sapiens,
met gebogen benen , grote en
langwerpige schedel, wijkende voorhoofd met enorme bogen, steenhouwer
die in een koud en nat klimaat leefde.
Men beschouwt vandaag dat Homo
neanderthalensis een andere soort mens was, afstammend van
Homo erectus
net als Homo sapiens,
en men herkent hem intellectuele en culturele tradities. [3]
In Hermalle-sous-Huy zelfs hebben opgravingen de menselijke
aanwezigheid tijdens het Paleolithische bewezen ; zoekers hebben op de Thier d'Olne silex
gebruiksvoorwerpen zoals assen en schrapers gevonden.
Protohistorie 
Tussen 800 en 400 voor Christus (Eerste ijzertijd) werd de
Gerée-land door Kelten bewoond ; er blijven 150 structuren
geopenbaard door de systematische archeologische opgravingen van de
vereniging "Les
Chercheurs de la
Wallonie" in
2003 in het industriegebied; de Afdeling Archeologie (Direction de
Liège 1)
en de directie van Archeologie van het Ministerie van het Waals Gewest
hebben andere opgravingen op 2,5 hectare tot en met 16 augustus 2006
gemaakt ... Duizend Gallo-Romeinse overblijfselen werden
gevonden. [4]
Blauw
: de Maas – Grijs : opgravingen
– Bruine lijnen : Gallo-romeinse wegen
Rood : Kasteel van Hermalle en "ferme castrale"
– Wit : huidige wegen.
Dergelijke zoekopdrachten bevestigen het bestaan van twee
belangrijke
woonvormen voor de periode Halstatt :
«
De l’occupation protohistorique subsistent des fosses
d’extraction d’argile et les plans de plusieurs
constructions, telles que des greniers et, fait exceptionnel en
Wallonie, deux grandes maisons sur poteaux. Les
témoins matériels de la vie quotidienne sont
représentés par des céramiques et
divers ustensiles (cuillères en terre cuite,
fusaïoles…). »
Uit
de protohistorische
bezetting
blijven putten om de klei uit te trekken en plannen van verschillende
gebouwen,
zoals zolders en, uitzonderlijk in Wallonië, twee grote
huizen
op palen. Het materiaal van het dagelijkse leven wordt door aardewerken
en andere gebruiksvoorwerpen (leien lepels, "spindle whorls"
...) voorgesteld.
Destijds is nog steeds in Hermalle – vanuit de Condroz
helling tot de
Maas – een oerbos (met esdoorn,
beuk, den, berk, els, hazelaar) gedomineerd door eiken en vooral linde
; dat is ongangbaar in de streek.
Sommige plaatsen worden ontgonnen en als weiden gebruikt ; ze zijn
vochtige gronden waar groeien zeggen en
moerasspireas.
Andere plaatsen dienen voor graanculture (bij 4 tot 6% van de totale
ontgonnen oppervlakte). De Kelten kweken gierst, spelt,
emmertarwe, gerst, haver, rogge en eenkorn.
Het onderzoeken van de verkoolde resten van planten op de site gevonden
zal misschien laten weten in welke vorm, pap of gekookte cake, de
mensen
de gierst aten.
Tijdens de Gallo-Romeinse periode (57 v. Chr. tot 486 na Chr.) word de
ontbossing intensiever ; er zijn minder linden, meer eiken en beuken.
Gallo-romeinse
periode 
In de eerste en tweede eeuw toevoegen de mensen industrie aan de
landbouw-sector.
Tijdens de jaren 1960 en 1970 had de Cercle
archéologique Hesbaye-Condroz reeds twee
panbakkerijovens in de campagne Gerée-land gevonden.
De opgravingen van 2003-2006 tonen
dat het een bloeiende industrie was : de mensen behandelden het gehele
productieproces van het uittrekken van de klei tot het verzenden van de
pannen. De plaats voor het bakken naast de Maas was een
rechthoek van 650 m2
met de twee ovens et door sloten omringd. Het
dakgeraamte rustte op tientalen palen regelmatig afstand van
elkaar. Er waren vier gebouwen van 25 m2,
twee anders (75 m
lang op 8 m breed) voor het drogen en natuurlijk uittrekkenputten en
sloten.
Middeleeuwen

De
Romeinse bezetting (sporen van een Belgisch-Romeinse vicus in
Ombret) gaat vooraf aan de vestiging van
de Merovingen op de Thier d'Olne,
heuvel geïsoleerd op zuidoosten kant door een kleine vallei en
overhangend de Maas in de buurt van de Romeinse brug,
deel van de Romeinse weg Tongeren-Aarlen.
Die plek is een ideale locatie voor de exploitatie van de aangeslibde
stroomafwaarts vlakte, het oogsten van bosprodukten en de controle van
de Maasscheepvaart met mogelijkheid om een belasting te heffen.
Tegenover
: Huidige Maas
in Ombret vanuit de Thier d'Olne. – Coll.
BMG
|
 |
Het leefgebied is klein, met steen, hout, lemen muren, strodak gebouwd,
met een
omheinde ruimte in het midden waar ligt het mausoleum met
twee
sarcofagen en ongeveer dertig graven.
De aanwezigheid van christenen patronen op één
van de
sarcofagen suggereert dat ten minste een deel van de bevolking werd
gekerstend. [6]
Andere graven werden buiten de omheinde
ruimte gevonden.
Merovingen
(midden
zevende eeuw - begin achtste eeuw) :
A=
mausoleum ; B= leefgebied ; C= omheining ; D= toegang naar buiten en
naar de kerkhof ; E= palen ; F= put ; G= rand van de hoogvlakte.
Tekening gepubliceerd met toestemming van de heer Jacques Witvrouw van Cercle archéologique Hesbaye-Meuse
 |
In de tweede helft van de achtste eeuw
wordt het mausoleum vervangen
door een christelijke kapel met speciale zorg gebouwd : stenen muren
bedekt met geschilderd gips, gekleurd glazen. Het leefgebied breidt
zich uit. Men vond de overblijfselen van twee mortels,
uitzonderlijke structuren in onze regio die op het belang van de
daar heersende aristocratische familie duiden.
Tegenover: Gezicht op een
opgravingenplaats in 2003 – coll. BMG |
Deze aristocratische complex is sterk in de negende eeuw
getransformeerd. Een kerk en een groot
heerlijk gebouw met domus,
camerae,
portalen, kelder, stal, enz. worden gebouwd. Dit gebouw ligt
ongeveer twintig meter ver van de
kerk en is met ze verbonden door een muur die een
binnenplaats bakent af.
Dankzij preventieve opgravingen voor de bouw van een nieuw huis op Thier d'Olne
in het begin van de eenentwintigste eeuw, hebben de archeologen de
basis van een dubbele wand van het Karolingische paleis gevonden.
Jacques Witvrouw, van de Cercle
archéologique Hesbaye-Meuse, zegt : «
C'est une structure impressionnante car c'est une construction
importante qui a nécessité des tonnes de terre et
une quantité importante de pierres. »
(Het
is een indrukwekkende structuur want het is een
belangrijk bouw,
dat tonnen aarde en een grote hoeveelheid
stenen heeft
vereist.)
Dit heerlijk centrum moest worden afgeschaft - geen sporen van
gewelddadige vernietiging - rond het jaar duizend voor een andere
plaats in de hoogte, de rots van Engihoul (Clermont-sous-Huy), meer
gunstig voor de bouw van een versterkt kasteel. Het
godsdienstig centrum
werd in Hermalle-sous-Huy geïnstalleerd. [7]
In de kapel troonte de Maagd van Hermalle
:
Sedes sapientiae
van Hermalle-sous-Huy
nu in de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, Brussel.
Dit sobere beeld (58 cm hoog) is kenmerkend voor de Maasproduktie in de
tweede deel van de 11e eeuw (circa 1070) ; het is met polychromatische
en vergulde elzenboom gemaakt. Maagd en Kind werden in
twee afzonderlijke houten stukjes gebeeldhouwd. De achterkant
van
de
troon en de handen waren patches. Vanaf de elfde
eeuw heeft
het beeld acht polychromien gekregen. De originele
kleding
was waarschijnlijk geel en de sluier wit, de mantel van het Kind blauw
bezaaid met kleine rode cirkels, zijn kleed geel met rode motieven,
zijn haar zwart. De slanke Maagd van Hermalle ontwerpt een glimlach.
De Sedes sapientiae
– Troon
der Wijsheid, in het latijn – zijn stare en meestal
frontaal
beelden. Jezus is klein maar volwassen ; hij zegent en houdt een boek.
Hij incarneert de Eeuwige Wijsheid en de Heilige Maagd is zijn
troon.
De Sedes sapientiae van
Hermalle-sous-Huy is een van de oudste sculpturen van dit type
bewaard in België. We weten niets betreffende zijn
vertrek
vanuit Hermalle... De Musea voor Kunst en Geschiedenis hebben ze in
1861
van de Belgische verzamelaar en politicus Gustave Hageman verkregen.
Hermalle-sous-Huy was waarschijnlijk een van de zetels van het Maalberg
rechtbank, een plaats waar de Franken hun rechtspraak
hielden. – zie Jean-Jacques Jespers).
Hermalle-sous-Huy was ongetwijfeld de zetel van
één van
de voormalige heerlijkheid in de Maasvallei, die zijn eigen feodale
gerecht had, maar in het kader van het feodaal hof van Luik bleef ; de
geschiedenis van de gemeente daarom wordt met die van het kasteel en
zijn heren vermengd...
In
de twaalfde eeuw is er in het centrum van Hermalle-sous-Huy een donjon,
omringd door slotgracht, muren en torens, waarvan er twee nog
overleven.
En 1131 woont daar Giselbert d'Esch, zoon van de gravin Ermengarde de
Clermont ; zijn afstammelingen zijn Reinnard de Hermalle, Henri de
Hermalle, dan Ruxela die trouwt met Thomas de Warfusée
bijgenaamd de Hermalle (ook kleinzoon van Libert Suréal de
Donmartin).
Hun oudste zoon, Henri, heeft ook een zoon : Louis de Hermalle die zal
vader van Henri II de
Hermalle
worden.
Henri II de Hermalle wordt maarschalk van de het Luikse bisdom, onder
de regering van de prins-bisschop Adolphe de la
Marck, benoemen.
De maarschalk, in die tijd, heeft het hoogst bevel
van het
leger tijdens de oorlog, maar zijn militaire prerogatieven zijn ook tot
civiele toepassingsbereiken uitgebreid ; dus in 1315 moet Henri
executeren Eustache, Vije man uit Hognoul dit heeft paarden, rijtuigen
en
juwelen van de Vrouw van Warfusée ontvoerd.
Henry II staat bekend om zijn topprestaties in de oorlog van de Awans
en
de Waroux waarin hij leidde de partij van Waroux. [8]
Dit conflict heeft het land 38 jaar lang verwoest en resulteerde in de
verwoesting in 1315 van het kasteel waarvan de bewoners capituleerde
nadat de Luikse mijnwerkers de slogracht hebben drooggelegd en gevuld.
Jacques de Hemricourt beschrijft Henri II als «
de petite taille, mais courageux outre mesure (...) de grand
sens et subtilité » (klein maar
moedig bovenmatig
(...) met grote verstand en subtiliteit).
Op 25 augustus 1325 botsen Henry II en ongeveer 350 ridders
van de
Waroux partij tegen 270 ridders van de Awans partij op de vlakte
Dommartin (nabij Hoei). De Awans prevaleren. Henri sterft onder
de slagen van Arnoul de Jehay.
Henry werd begraven in de kerk van Hermalle dichtbij zijn echtgenote
Julienne de Haneffe. De steen droeg het opschrift:
« Chy gist
noble sgr messire Henri de Hermalle qui trespassat
l'an MCCC XXV, XXV jors elle moys daoust. Chy gist demoiselle Jehenne
fille le Persant de Haneffe, sa feme, ki trespassat l'an MCCC XVIIII.
Chi gist Ailid leur filhe ki fu feme a monsignor Arnulf haut voet de
Hesbaing, signor de Lumain, ki trespassat l'an MCCCLVI.
»
Net verbouwd, wordt het kasteel opnieuw in 1346
vernietigd.
Het landgoed, mettertijd, zal - door huwelijk of verkoop - tot
verschillende families overgedragen worden : de Lummen (door het
huwelijk van Alix, dochter van Henry II), de Salme, de Horion,
de
Rougrave,
de Goisbeck, de Berlo...
Charles de la Rivière († 1460), zijn
vrouw Marie de Haccourt († 1457) zijn begraven in
de kerk ; de naam van hun zoon Englebert († 1440),
overleden in de terugkeer van de Heilige Sepulcher en begraven in
Rhodos, is op de nog aanwezige grafsteen gegraveerd.
De grafsteen van Englebert de Haccourt († 1415), Marie de
Wavre
(†
1419) en hun zoon Jean († 1405) is veel later verwijderd en
tegen de noorden muur van de kerktoren geplaatst.
In de Middeleeuwen moet de bevolking zich van alles laten welgevallen ;
in de dertiende eeuw het land heerst hongersnood.
Vroegmoderne
Tijd 
In de zestiende eeuw geeft Lucas I Van Valckenborch ons
een aangenaam beeld van een feest in Hermalle, grote dorp met
vakwerkhuizen in de buurt van de kerk en op de heuvel :
Boerenfeest (detail),
1574, Koninglijk Museum voor Schone Kunsten, Kopenhagen.
Vergeten de slachtoffers van de pest die in Luik en Hoei, in de zomer
1533 uitbrak ! En had ernstig het vrije verkeer van personen en
goederen van grote belang voor het dorp beperkt...
Hermalle
is immers voor zijn smeden en zijn houtskool bekend. De eerste leveren
gestrekte ijzer voor de staalindustrie van
Luik en Hoei. In 1525 bijvoorbeeld bezorgen ze 45,4 ton
walsijzer per boten aan Hoei! En in 1576 nemen boten 598 tonnen
houtskool
te Hermalle aan boord, en 997 tonnen volgend jaar.... Een houtskool
gebruikt in de staalindustrie, maar ook in de wapenindustrie voor het
fabriceren van de kanongietijzer. Toen men denkt dat 100 hectare bos
per jaar nodig waren om een hoogoven te voorzien...
In de zeventiende eeuw beslist Conrard d'Ursel (1592-1659), graaf van
het Heilige Roomse Rijk en heer van
Hermalle de renovatie en uitbreiding van het kasteel
–
met zand- en kalk breukstenen en bakstenen gebouwd ; het heeft 2
cilindervormige torens op drie niveaus en 2 vierkante, en is
hoefijzervormig rond een voorplein. De toegang is de portaal met
jaartal 1642 van de aangrenzende hoeve ("Ferme
castrale"
)
waarvan de valbrug op een boogbrug dalt ; de brug overbrugt de brede
slotgracht met zijn drie
bogen.
De huidige dorpsconfiguratie neemt vorm. De huizen worden met leidaken
en Maaskalkstenen vensters, zandstenen sokkels, bakstenen buitenmuren,
en binnenmuren in vakwerk en baksteen gebouwd :
- De cense
Cassal
, Ferme aux Deux Tours bijgenaamd, in 1610.
- De huis
van de vicaris in 1610.
- De hoeve
Dacosse
, in 1630, die tot het einde van de twintigste eeuw
door dezelfde familie zal bezet blijven.
- Aan het einde van het dorp word een geheel
gebouwd, nu bekend als huis
van de Héna.
Dit geheel iss afhankelijk van de abdij van Flône, gelegen op
de andere kant van de Maas. [10]
Op dezelfde manier wordt de kerk van Hermalle afhankelijk van
de
abdij. Ze behoudt nog, in zijn noorden gevel, het
geheugen van de kannonik van Flône Gerard Wailley wie pastoor
in
Hermalle was.
Grafsteen van
Gérard Wailley, 1632
Een bekende dorpsbewoner van die tijd is Guillaume Renardi
(Hermalle-sous-Huy 1651 - Leuven 1731). Het was 20 jaar oud toen hij
klaar met brio zijn filosofische studies aan de pedagogie Het Varken
(afhankelijk van de Faculteit der Letteren te Leuven)
eindigt.
Renardi wordt daar tot hoogleraar benoemd.
Net als in de middeleeuwen blijven de meeste dorpelingen arm. Enkelen
leven in een vakwerken huisje, bebouwen een stuk grond voor zichzelf en
zijn in dienst bij grote bedrijven. Anderen hebben alleen
seizoenwerk en ambacht.
De situatie verslechtert tijdens de oorlogen van Louis XIV want de
Franse leger eist op rantsoenen en veevoer (1693).
Gedeeltelijk herbouwd in de zestiende eeuw en gewijd in 1597 onder de
regering van prins bisschop van Luik Ernest
de
Bavière krijgt de Sint-Martinus (van Tours) kerk in
de
achttiende eeuw een toren met twee wijzerplaten (met allen 1 wijzer) en
een deur met opmerkelijke Regencestijl panelen.
De klokkentoren, aangevuld door een korte achthoekige pijl
ondersteuning kruis en haan, bevat drie klokken.
In het centraal schip zijn een standbeeld uit de vijftiende eeuw
(Sint-Margriet) en zeven anderen uit de zeventiende eeuw ; en ook
grafstenen
uit de vijftiende eeuw en die van Arnoul de Bierset
(†
1543) en Marie de Momalle.
In het noorden buitenmuur van het kerkhof wordt een kapel met een mooie
houten Christus gebouwd. Sinds 1995, heeft deze Christus plaats in de
kerk naast de doopvont en in de kapel is een bronzen Christus
uit de negentiende eeuw door de "Ferme castrale" gegeven.
In de achttiende eeuw zijn het kasteel, zijn Franse tuin en zijn
boomgaard prachtig mooi. Ze behoren tot de familie van Moreau.
Remacle Le Loup tekent ze in 1735 :
En
Pierre-Lambert de Saumery prijst ze in het eerste volume van Délices
du Païs de Liège in 1738 gepubliceerd.
[11]
Het begin van deze eeuw ziet de wederopbouw van de hoeve
van Hottine aan de voet van de Thier d'Olne, en de
bouw van
de geboorte
huis van Jean-Gilles Jacob (nu pastorie) achter het absis van
de kerk en die van het postrelais
langs de steenweg.
Hermalle scheidt van Ehein op 15 februari 1748.
In 1753 is Jean-Gilles Jacob metselaarbaas (architekt-aannemer zouden
we nu zeggen) ; hij vernieuwt de versiering van zijn geboorte huis, ter
gelegenheid van zijn huwelijk, met muurschilderijen uniek in
Europa [12]
Werkkamer van de pastorie in de jaren 1995.
Het plafond
van de werkkamer is versierd met stukadoorswerk en een medaillon toont
haak, passel, liniaall troffel, letterhamer, schietlood en
jaardicht.
Jaardicht
:
EXTRVCTVM
LEVITER FVIT
EX STVDIO TQVE
LABORE
Werd gemakkelijk door het studeren en het werken gebouwd
Het
geschilderde decor toont het werk van de vier bouwberoepsen: timmeran,
metselaar, steenbakker en steenhouwer.
Jean-Gille Jacob heeft verricht
of voltooid :
- abdij-paleis van de Val Saint-Lambert abdij,
- oude kerk, rue des deux églises in
Neupré - Rotheux,
- Kasteel van Plainevaux
(Neupré-Plainevaux) waarvan de bouw zich uitstrekt van de
zeventiende tot de negentiende eeuw met Jean-Gilles Jacob in de
achttiende eeuw,
- St-Joseph kerk (Sprimont/Dolembreux),
- St-Pieter en Paul kerk
(Flémalle/Ramet),
- St-Nicolas brug over de Hoyoux,
- Kasteel van Warfusée,
- Stadhuis van Hoei.
"De Heer de
Jacob" was ook landmeter, beëdigd
deskundige en schepen. Hij heeft waarschijnlijk een ander huis van het
dorp, het Huis
Sacré, gebouwd.
Jean-Joseph Hanson,
dichter en schrijver, is schepen van Hermalle-sous-Huy in 1772,
voordat hij professor wordt aan de Academie voor schilderkunst,
beeldhouwkunst en graveren van Luik (door prins-bisschop
Velbrück
gecreëerd) en alvorens te worden goedgekeurd als
wapenkundige-schilder voor de stad Luik en als officiële
schilder
van de kathedraal van Saint-Lambert.
Het einde van de eeuw kent de onzekerheden van de Franse Revolutie en
van de Luikse Omwenteling (dorpelingen moeten graan vorderen om niet te
verhongeren) en de gevolgens ervan ; in onze streek worden meer de
religieuze ordes (zoals kannonikken van Flône) dan de adel
betreffen : de edelen bewaren hun kastelen en eigenschappen, maar
verliezen hun recht op de wateroverpadden.
Twee priesters van Hermalle zijn tijdens het Directoire op 4
november 1798 gedeporteerd : de pastoor van Hermalle Joseph-Michel
Nizet en de priester Richard Piron. We moeten zeggen dat de wetten
streng waren : bijvoorbeeld die van 12 april 1796 bedreigde de
priester met
één jaar gevangenis en met deportatie in geval
van
recidive... voor een klokgelui!
Moderne
tijd 
In de negentiende eeuw logeert Napoleon in het postrelais van Hermalle,
zeggen zij.
Zijn troepen, althans, zijn in Hermalle gestationnerd, want er blijft een brief van
infanterist Hubert Joseph Jaminet aan zijn familie vanuit zijn legering
in Hermalle :
«
Est-ce que mon frère Jean-Joseph est encore capable de lire
et écrire ? Envoyez-le à
l'école pour qu'il puisse apprendre ! Un soldat qui ne
connaît pas son ABC est condamné à la
misère. »
(Kan
mijn broer
Jean-Joseph nog steeds kunnen lezen en schrijven? Stuur hem naar
school, zodat hij kan leren! Een soldaat die zijn ABC niet weet is
veroordeeld tot ellende.)
In
Fairon (Émile) en Henri Heuse, Lettres
de grognards,
Liège, 1936, p. 376.
De heelijke eigendom, die toebehoorde aan de familie de Louvrex dan aan
Baron de Warzee Hermalle, wordt verkocht in 1853 aan Baron
Charles-Marie-Paul de Potesta die installeert vóór de "Ferme
castrale" en in het kasteelpark zeldame bomen : sequoia, gladde iep,
tulpen boom Liriodendron
tulipifera...
Hij laat de Toren Malakoff langs de Maas bouwen. De heer de
Potesta wordt burgemeester van Hermalle, net als zijn vader,
Charles-Louis-Marie, was deze van Engis.
Toren
Malakoff, in 1938 wegens de kanalisering van de Maas vernietigd,.
Langs de
steenweg (nu
chaussée Freddy Terwagne) verschijnen de traditionele
woningen
van de kleine luiden ten bate van comfortabeler huizen.
Metselaar en timmerman zijn de beste beroepen vertegenwoordigd in
Hermalle.
Suikerbieten teelt breidt uit in de helfeeuw en een aantal
bedrijven, zoals de "Ferme castrale", nemen in dienst Poolse of
Vlaamse seizoenarbeiders.
Vanaf 1880 tot 1895 veroorzaakt de toevloed van Amerikaanse
tarwe
een ernstige crisis die vele kleine boeren verplicht tot andere werken
in de industrie te zoeken ; sommigen moeten zelfs naar het buitenland
gaan en vrouwen en kinderen moeten de last van de kleine bedrijven
dragen.
In juni 1863 wordt het uitbreidingprojekt van de kerk door zijbeuken
geaccepteerd ; dat heeft tot gevolg de transformatie van het schip ; de
kostenraming is van 15 004 BEF.
Kort na installeert men het orgel Molinghen.

Orgel
van Hermalle – de Luikenaar Philippe Preudhomme aan het
klavier.
Dit instrument wordt in de jaren 1870 door de broers
François-Joseph en
Jean-Mathias
Molinghen gebouwd (handtekening op de top van het
klavier : "Molinghen et
frères
à
MORTIER").
Postkaart
vanuit Engis in 1903 gestuurd : Het kasteel van Hermalle.
De twintigste eeuw begint op 11 juili 1909 met de weelderige
inweidingfeesten van de eerste stenen brug in Hermalle gebouwd ; de
familie de Potesta, de burgemeester Diesmans en de gemeentelijke
autoriteiten zijn natuurlijk aanwezig. Kranten van Hoei vertellen hoe
de stoet lang is : de paardrijders zijn al aan de deuren van het
kasteel toen groepen mensen nog bij het station op de linkeroever zijn.
Brug en dorp zijn versierd met vlagen, guirlandes en bloemen.
Meer dan 10 000 personen bewonderen het eindelijk vuurwerk.
Het ongeluk is toch echter voor de rest van de eerste 50 jaren...
De twee wereldoorlogen leiden net als overal tot het lijden. In
augustus 1914 redt toch Marie, een jonge meid, de gemeente ; ze
begrijpt dat enkele gewapend ruiters Duitse verkenners zijn en
dat ze alleen willen drinken. Ze geeft water... en ze vertrekken.
Twee dagen later komt het Duits leger en door
erkentelijkheid bespaart het dorp...
Augustus 1914...
Op 1 augustus ; de Luikse burgerwacht komt aan per trein om
deze
vijf jaar oud brug te bewaken. Mannen zijn in opgeeist
gebouwen gelogeerd, op stro waarin ratten lopen... De officieren hebben recht op
een kamer in particuliere huizen.
Op 2 : Duitsland richt een ultimatum tot België.
Op 3 : De burgerwacht stopt een man die zich in een gracht
verbergt. 't Is een Duitser !
Op 4 : De burgerwacht wordt door leger vervangen.
Brug
van Hermalle
in augustus 1914. Achtergrond : de toren Malakoff – foto
door
Georges Plumier † gegeven – coll. BMG
In de nacht van 4 tot 5 : het Belgische leger ontploft de jonge brug
van Hermalle... Hij zal in 1923-1924 worden herbouwd..., door de
Belgische genie op 11 mei 1940 ondermijnd en nog in
1948 herbouwd worden.
Twee platen herdenken het geheugen van de dorpshelden van de twee
wereldoorlogen : één aan de zijkant van de oude gemeentehuis - Wérihet
Straat, de andere aan de zuidkant van de Sint-Martinus kerk - Place des Combattants.
Een derde op de muur van het kasteel - Chaussée Freddy
Terwagne
- herinnert de dood van een verzetstrijder door de Duitse bezetter
neergeschoten toen hij probeerde te ontsnappen aan het doorzoeken van de
"Ferme castrale" waar hij zich verbergt.
Niet bekend is (maar wel geïllustreerd door de archieven van
de
Bibliotheek van de Gourmandise) : Léon Degrelle, leider van
Rex,
was de gast van de familie Potesta voor de Tweede Wereldoorlog.
Maar tijdens dit oorlog is het Baron René de Potesta
(Hermalle-sous-Huy 22 juli 1899 - Annevoie 25 juni 1977) een actief lid
van het Geheim Leger
in de staf van de regio Namen. Gearresteerd op 13 juni 1944 in
Maredsous wordt hij in de gevangenis in Namen tot 3 juli
bijgehouden en vervolgens overgebracht naar die van Bergen en Charleroi
voordat hij op 9 augustus door Brussel naar Buchenwald wordt verzonden
; hij verblijft daar 14 dagen onder nummer 75 818.
Dan is hij met vele anderen Belgische verzetstrijders in de
Kommando Blankenburg-Klosterwerke in verband met het beruchte kamp Dora verzonden. Tijdens 7
maanden ondergaat hij het leven door Lucien Defauw beschreven ; net
als hem moet hij de dodenmars van 80 km
naar Magdeburg doen. Vervolgens 't is Lübeck, waar
dankzij Folke Bernadotte Het Rode Kruis zich met de gevangenen belast en ze naar Zweden overdraagt. Rene de Potesta
wordt naar België in juli 1945 gerepatriëerd.
Het einde van de oorlog laat de vervanging van de twee klokken (op de
drie van de kerk) dat de Duitse soldaten hadden opgeeist om ze te
smelten en in wapens te veranderen.
Maar er waren nog andere rampen:
In januari 1926, na hevige regenval, overstroomd de Maas en daarna
volledig het gehucht Chaumont ; mensen worden gered, maar niet alle
dieren.
 |
En vooral...
Van 1 tot 5 december 1930 heerst een dikke mist in de hele Maasvallei,
van Jemeppe-sur-Meuse tot Hoei.
Hij laat fijnstof en gas van fabrieken die steenkool
gebruiken stagneren.
Mensen en dieren kunnen alleen ze inademen.
Vanaf de derde dag lijden duizenden mensen aan
ademhalingsmoeilijkheden en zestig personen sterven.
De emotie is diep. Niet alleen in de regio, maar in de hele
België en zelfs in de wereld.
Als Engis op de linkeroever is het meest beïnvloed (14 doden),
zijn er in Hermalle gelukkig geen doden.
Deze ramp leidt tot de eerste wetenschappelijke studie in de wereld op
de
mortaliteit en de ziekten die verband met luchtverontreiniging houden.
De studie concludeert dat
«
Si les mêmes conditions se trouvent réunies, les
mêmes accidents se
reproduiront. (...) Si un
désaste survenait à
Londres dans des
conditions analogues, on aurait à déplorer 3 179
morts immédiates. »
Indien dezelfde voorwaarden worden verenigd, zal hetzelfde
ongeval gebeuren. (...) Indien een desaster zich in Londen in
soortgelijke omstandigheden komt, zou men onmiddelijk 3 179 doden
betreuren.
12 000 "overtollige" doden tussen december 1952 en februari 1953
werden aan de verontreinigend mist op Londen
vanaf 5
tot 9 december 1952 toegeschreven... [13]
Fragment van New York Times, 6
december 1930. |
Maar het leven gaat verder ... leuker vanaf 1924, die ten slotte
Hermalle elektriciteit geeft.
In 1929 worden nieuwe scholen rue du Pont en de kiosk op de plaats
van Hermalle geinaugureerd.
Het project voor het installeren van een drinkwatervoorziening, bekend
als "voedwater" in het dorp, wordt door de provincie op het
verzoek van 13 oktober 1931 ondertekend door de burgemeester Lepage geaccepteerd.
De bevolking wordt rijker met buitenlanders, en in het bijzonder met
Italianen.
Wegens de nodigheid van de wederopbouw van het land na de Tweede
Wereldoorlog werd een protocol in 1946 tussen België en
Italië ondertekend, garanderend levering van kolen tegen ...
50
000 werknemers die moesten door de Belgische regering fatsoenlijk
gelogeerd en betaald worden.
We hebben het getuigenis van een kind van immigranten gevonden [14]:
het logeren in Hermalle was 4 kamers voor de hele familie –
met
één kraan, één kachel en...
geen WC.
In het midden van Hermalle wordt de begraafplaats langs beide zijden
van de kerk met de helft verminderd : het zuiden deel wordt gesloten en wordt place des Combattants,
en de kerkplein (ten noorden van de andere deel, langs de
Gerée), waar de dorpelingen verzamelden en waar kinderen
spelden, verliest zijn publieke aantrekkingskracht.
Ondanks de mechanisatie stopt in de jaren 1970
de landbouw-activiteit gegenereerd door het
kasteel ; geen enkel project voor kasteel, hoeve en park
(verandering in centrum voor ontspanning en recreatie of in
rusthuis...) slaagt. De afstammelingen van de baron de Potesta
geleidelijk verkopen hun
eigendommen, gronden en gebouwen ; het kasteel, nu gescheiden van
zijn "Ferme castrale", is niet meel eigendom van een adellijke
familie.
De gebouwde omgeving groeit aan beide zijden van het oude centrum,
langs de hoofdweg, en geleidelijk knabbelt de helling naar
Clermont-sous-Huy, zonder veel aandacht voor materialen, plannen en
bouwtypen cohesie.
Panorama
van het centrum van Hermalle gezien vanuit het zuiden. December 1992.
In het midden : de torens van het kasteel. Achtergrond : de
heuvel door de steengroeve veranderd.
De vergelijking
tussen het aantal winkels tussen 1946 en 1996
toont duidelijk de verandering van de economische activiteit in het
dorp ; dat is zonder twijfel toe te schrijven aan de bouw van de N90
snelweg die sterk de vrachtloon auto vermindert... en vele klanten aan de
kleine bedrijven ontneemt, maar ook aan de installatie van
de supermarkten in Amay, Engis, Huy, Jemeppe en aan de
veranderende consumptiegewoonten.
De dorpelingen hebben werk in de industrie en diensten gevonden. De
landbouwers is minderheid geworden.
Op 1 januari 1977 "verdwijnt"
Hermalle-sous-Huy
: de gemeentefusie besloten door de Belgische regering verlaagt haar
grondgebied (het deel op de rechteroever van de Maas gaat naar de
gemeente Saint-Georges die wordt Saint-Georges-sur-Meuse) ; Hermalle
wordt met het oude gemeente Clermont-sous-Huy en een deel van Ehein
omvat in de entiteit
Engis waarvan Vicky Albert de socialistische burgemeester
is. Het gebied van de nieuwe gemeente is 27,7 km2.
Het dorp van Engis, waar de centrale administratie is gelegen, ligt op
de rechteroever, 4 km stroomafwaarts ; er is geen directe publieke
transportmiddelen tussen de 2 dorpen ; het netnummer is anders (dus het
tarief hoger) en, nog belangrijker, de dorpelingen hebben niet dezelfde
mentaliteit en dezelfde cultuur.
Tijdens meer dan 20 jaar zullen de mensen van Hermalle zich
gefrustreerd en enigszins verwaarloosd voelen. Hun oude
officiële
archieven zijn niet toegankelijk voor verschillende redenen ; zij soms
hebben het gevoel dat hun verleden ontsnapt aan hen.
In 2004, ondanks talrijke acties - met inbegrip uit de leiders van het
Cultureel Centrum - is de integratie van de twee bevolkingsgroepen nog
niet bereikt.
Ondanks verschillende verzoeken sinds 10 jaar, is er nog niet in Engis
een bewegwijzering naar Hermalle en automobilisten die de streek niet
kennen kunnen gemakkelijk 20 km goed lopen voor Hermalle te vinden...
De entiteit Engis is met de Franse stad
Ribécourt-Dreslincourt,
in de regio Picardië, sinds 22 september 1980 verbroederd.
In 1991 werd de "Ferme castrale" weer tot leven met een nieuwe opdracht
op basis van cultuur en toerisme. Het kasteel wordt in 1992 eigendom
van de familie de Jamblinne de Meux, vervolgens twee jaar later van een
filmmaatschappij en eindelijk wordt in december 2005 aan iemand van
Nijvel verkocht.
En in de
eenentwintigste eeuw...
In september 2002 is de eerste steen van de waterzuiveringsinstallatie
van Engis op de rechteroever, in het industriëlegebied van
Hermalle, gelegd.
Deze installatie is de eerste om de behandeling van olie, vet
en
andere drijvende materialen te hebben en is één
van de
vier te installeren voor de zuivering van de Maas in de Provincie Luik. Het
werk, dat kost ongeveer zes miljoen zevenhonderdduizend euro, eindigt
eind 2004.
Tussen 1807 en 2003 is de bevolking van Hermalle van 514 tot 1 422
mensen groter geworden dankzij de Italiaanse immigratie, de toevoeging
van een wijk voor kleine grondeigenaars (Cité des Ris)
en een ander voor sociale woningen, die de leefgebied vergroot zonder
dat Hermalle een lintdorp wordt.
Het aantal dorpelingen van Hermalle is de kwart van de 5 694 bewoners van
de entiteit Engis.
Op 8 oktober 2006 bevestigen de verkiezingenresultaten de
toezegging van een zeer grote meerderheid van de bewoners van de entiteit aan de socialistische partij die aan het
hoofd van de gemeente sinds meer dan dertig jaar staat. Op 4 120
geregistreerde bieden
3 512 geldige stemmen 70,03 % tot de socialisten
aan, 29,97 % tot de oppositie
(Écolos 23,23%), MR 12,24% en
CdH 12,24%). Serge Manzato wordt
benoemd tot burgemeester en blijft gaan uit een functie die Vicky
Albert, zijn oom door huwelijk, heeft hem (eind 2002) overgedraagd.
Op de nacht van 31 december 2006 tot 1 januari 2007 treft een
gewelddadige storm de regio ; hetzelfde op 19 januari. Verschillende
daken zijn beschadigd.
En op 3 juli 2008, na een zeer hevige onweer... zijn twee treinen
frontaal op elkaar gebotst.
Kranten praten op de "botsing van Hermalle-sous-Huy" in de hele wereld ! [16] Hoewel het ongeluk gebeurde in
Mallieue, het deel van Hermalle aan Saint-Georges-sur-Meuse
in 1977 afgestaan…
Op 4, 5 et 6 septembre 2009 herdenkt Engis de 65ste verjaardag van de bevrijding van zijn dorpen,
in aanwezigheid van veteranen van de 2de pantserdivisie "Hell on
Wheels". Meer dan 130 militaire voertuigen, begroet door honderden
mensen, bivakkeren in Hermalle-sous-Huy tot vreugde van fotografen voor
het vertrek naar Engis, St George en Maastricht…
Op 26 janvier 2010 wordt een vereniging van Hermalle gehuldigd : voor
zijn initiatieven van toegankelijkheid voor de gehandicapten, krijgt de
VVV van
Hermalle-sous-Huy La Rawète het Prijs CAP48 voor Maatschappelijk Verantwoord Onderneming 2009.
Nota 
[1]
In
heraldiek, « sabel » is de zwarte kleur.

[2]
In het Frans schrijft men « Néanderthal
», « Neanderthal
» of dikwijls « Neandertal
» (sinds Henri Vallois, in 1952) want « h
» is verdwenen tijdens een spellingwijziging van het Duits.
In Latijns-nomenclatuur schrijft men altijd Homo neanderthalensis.

[3]
Inlichtingen over Neanderthaler. 
[4]
La
Libre Belgique, Belgische krant, 21 september
2006. 
[6]
Het is interessant op te merken dat verschillende auteurs (waaronder Baron Reinsberg-Düringsfeld)
citeren een Jean
de Hermalle,
geboren in 600. Het zou eigenaar-landbouwer zijn geweest en zou worden
bezoekt door een pelgrim die hem zou hebben gezegd dat
hij bisschop
zou worden. Ongelovig, zou Jean hebben gereageerd, slaanend een stok in
de grond en zeggend "Dit droog
hout zal vruchten dragen sneller dan uw woorden zullen worden
realiseerd." Zodra was de stick bedekt met bladeren en
bloemen die vruchten werden (Saint-Jean appels, wel bekend in de regio).
Jean werd door koning Dagobert bisschop van Tongeren benoemd (na Sint Ebregisus en vóór Sint
Amandus), en stond
bekend als "Jan de Lamb" vanwege zijn zachte natuur en ondanks zijn
grote lengte (één van zijn scheenbeen
is 53 cm lang en is een relikwie van de kerk van Nassogne). Hij
overleed op 25 juli 637 en is nog steeds vereerd door de mensen van
Hoei (feest op 25 juli). De traditie zegt dat de moeder van Jean de
Hermalle stichtte het klooster van de Witte Dames in Maastricht. Het
leven van Jean de Hermalle word door de wiskundige
en historicus
Heriger van Lobbes (circa 925-1007) ; Hériger zegt dat hij het verhaal van de
heilige in de traditie neemt : « cujus
vitam et gesta, ut auditu tantum et relatione a majoribus et aetale
provectioribus accepimus, nos quoque perpaucis absolvamus
». (Gesta, chap. XXIX).
Pro memorie : de zevende eeuw wordt de "eeuw van de heiligen"
genoemd. 
[7]
Meer info (in het Frans) betreffende de opgravingen van de Thier d'Olne.

[8]
Zie (in het Frans) Guerre des Awans et des Waroux,
lees (ook in het Frans) Traité
des guerres d'Awans et des Waroux van Jacques de Hemricourt. 
[10]
Deze abdij werd opgericht in 1092 door de kanunnikken van de Sint
Augustinus Orde ; ze exploiteerden een rijk gebied, met hoeven zoals
die van Hottine, door lekenbroers bebouwd. 
[11]
Informatie over Pierre-Lambert de Saumery.

[12]
Nu pastorie ; rijksmonument net als het Huis van de Héna.

[13]
Meer informatie (in het
Frans). 
[14]
In http://www.soumagne.be. 
[16]
Nouvel Obs.com, 3
juli 2008 – Cyberpress.ca, 3 juli
2008
– Swissinfo.ch, 3 juli 2008
– Wprost.pl, 3 juli 2008
– Mediafax.ro, 3 juli 2008
– TurkishPress.com, 3 juli
2008
– Nyhederne.tv2.dk, 3 juli
2008... 
Folklore 
De mondelinge overlevering vertelt hoe in de Middeleeuwen een
misdadiger ter dood door de Heer van Hermalle, die over leven en dood beschikte,
veroordeeld werd. De beul stond op het punt, ten aanschouwen
van de hele bevolking, hem te ophangen toen een ruiter verscheen die de
vergeving aankondigde. De Heer zelf kwam verklaren dat de vergiffenis
werd ingewilligd, als gevolg van een gelukkige gebeurtenis in
het
kasteel gebeurd ; hij zegde ook dat het dorp de volgende zondag God zou
danken en vieren. Ter herinnering aan die dag zouden de festiviteiten
elk jaar, op de zondag na de 16 juli, weer geuren.
Legende? Geloofwaardige, echter, want Hermalle had een Gerechtshof...
In ieder geval houdt het Feest van de Grote Vergeving
de traditie in ere
en blijft op het weekend na de 16 juli gehouden... Zie de agenda! U kunt deelnemen
aan de "corrida", een sterk gewaardeerd wedloop, en op 21 juli het
vuurwerk bewonderen.
De corrida : voor kinderen en volwassenen
– Stands place
des Combattants
– Foto’s A. Pirotte
In februari brengt men de Macråle
(heks) naar de Brandstapel, een traditie door het Cultureel Centrum
herschapen.
In december, reist Sint Niklaas de belangrijkste straten van het dorp
op een kleine trein, door een fanfare voorafgegaan.
In 2008
Bibliografie 
Saumery, le
château de Hermal dans Les Délices du
Païs de Liège, Liège, 1738.
Torfs (Louis), Fastes
des calamités publiques survenues dans les Pays-Bas et
particulièrement en Belgique depuis les temps les plus
reculés jusqu’à nos jours,
1859.
http://www.archive.org/stream/commroyalesartet02belg/commroyalesartet02belg_djvu.txt
Collection
de mémoires relatifs à l'histoire de Belgique,
Société de l'histoire de Belgique, 1870
Pety de Thozee (Jules), Le
fief de Cassal à Hermalle-sous-Huy, dans Chronique
archéologique du pays de Liège, 1910.
Jacques Bénigne Bossuet, Charles Ubrain, Eugène
Levesque, Correspondance
de Bossuet, Hachette, 1920
Fairon (Émile ) et Henri Heuse, Lettres
de grognards,
Liège, 1936, p. 376
Collectif, Hermalle-sous-Huy
dans Les Sites mosans
de Lucas I et Martin I Van Valckenborgh, Sté
royale des Beaux-Arts de Liège, Liège, 1954.
Baar (Armand), Hermalle-sous-Huy
dans À
propos des bouteilles armoriées liégeoises,
Liège, Imp. centrale, s.d.
Monjoie A., La plaine
alluviale et les basses terrases de la Meuse à Tihange et
à
Hermalle-sous-Huy, Annales de la
Société Géologique de
Belgique, 1968.
Lemeunier (A.), La
Maison de Jean-Gille Jacob dans La Maison d'Hier et d'Aujourd'hui,
Association royale des Demeures historiques de Belgique, 1974.
E. Humblet, Le facteur
d’orgues Greffe Matthieu-François, de
Blégny-Trembleur, L’Organiste,
VI, 1974.
Bolly (J-J.), Hermalle-sous-Huy
dans Répertoire
photographique du mobilier des sanctuaires de Belgique - Province de
Liège canton de Huy I, Ministère de
la culture française, Bruxelles, 1975.
de Meester de Betzenbroeck (Hervé), Épigraphie de la
Hesbaye hutoise, Sté des Bibliophiles, sl, 1975.
Serck-Dewaide (M.), Les
Sedes Sapientiae romanes de Bertem et de Hermalle-sous-Huy,
dans Bulletin de l'IRPA,
XVI, 1976/77, p.56-76.
Johan David, Notes sur
trois outils ancien du charpentier : le bondax, la bisaiguë,
le piochon, Revue des archéologues et
historiens d'art de Louvain 10, 1977.
HUBART J.-M., Observations
préliminaires sur la biologie de Proasellus
hermallensis Archangeli (Crustacea- Isopoda- Asellota),
1980-1982, T.
25, p.347 à 362.
Collectif, Hermalle-sous-Huy
- Monographie, Asbl Foyer culturel d'Hermalle-sous-Huy,
1981.
G. Weyenbergh et Ph. Destinay (Éducation-environnement
asbl), Guide pour une
promenade à Hermalle-sous-Huy (Engis), Foyer
culturel d'Hermalle-sous-Huy (Engis), [après 1981].
R. Forgeur, Un
répertoire des orgues de la province de Liège,
L’Organiste, XV/3, 1983.
M
Haine – N Meeùs, Dictionnaire des facteurs
d’instruments de musique en
Wallonie et à Bruxelles du IXe
siècle à nos jours, 1986.
Inventaires thématiques Orgues
en Wallonie, Luc De Vos, Arrondissement Huy, Volume 1,
Tome 1, Namur, 1997, p. 32-33.
Collectif, Hermalle-sous-Huy
dans Le Patrimoine
monumental de la Belgique, Pierre Mardaga,
Liège, 1992, T. 16/1, pp. 355-372.
[Hanot (Nicole)], Hermalle-sous-Huy
Village des Antiquités, de la Brocante et des Arts - Circuit
du Patrimoine, Hermalle-sous-Huy VAP, Engis, 1994.
Collectif, Hermalle-sous-Huy
dans Bulletins du
Cercle Archéologique Hesbaye-Condroz asbl, Amay.
Flagothier (Jean), Hermalle-sous-Huy
dans Si
Clermont était conté..., Ed. Jean
Flagothier, 1995.
Claude Gaier, Armes et
combats dans l'univers médiéval, De
Boeck Université, 1995.
Verstraeten (Jacques), Moreau (Claire) et Charles-Xavier
Ménage, la
Ferme castrale d'Hermalle-sous-Huy dans Le Patrimoine rural du Pays
d'Amay, Ministère de la Région
wallonne, 1996.
Hugues Dumont, Le
pluralisme idéologique et l'autonomie culturelle en droit
public belge, Facultés St-Louis, 1996.
Lemonnier (Arlette) & Cl. Marlaire, le Pont de Hermalle-sous-Huy -
la Ferme castrale d'Hermalle-sous-Huy dans Ponts d'hier et d'aujourd'hui -
Le Pays hutois, MET, 1999.
Du Ry (Chantal), Huy :
histoire d'une ville médiévale à
travers ses légendes et ses monuments, CEFAL,
2000
Forrest (Alan), Napoleon's
MenThe Soldiers of the Revolution and Empire, Continuum
International
Publishing Group, 2002.
Witvrouw (Jacques), Gava (Giani), Dardenne (Léon) et Serge
Gava, Le
Thier d'Olne à Engis. Centre domanial du Haut Moyen Age,
Cercle archéologique Hesbaye-Meuse, 2003.
B. Nemery, The
Meuse Valley disaster of December 1930,
2004Gaier (Claude) et André Joris, Armes et combats dans l'univers
médiéval, T. II, De Boeck
Université, 2004.
Jean-Jacques Jespers, Dictionnaire
des noms de lieux en Wallonie et à Bruxelles,
Lannoo
Uitgeverij, 2005.
Marc Suttor, Vie et
dynamique d'un fleuve : La Meuse de Sedan à Maastricht (des
origines à 1600), De Boeck
Université, 2006.
Marchal (J.-P.) et S. Loicq, Engis/Hermalle-sous-Huy
: sondages d'évaluation dans le parc industriel dans
Chronique de
l'Archéologie wallonne 12, 2006, p. 141-143.
Frébutte (Christian) et Michèle Gustin, Engis/Hermalle-sous-Huy :
fouille de prévention dans la zone d'actvité
économique dans Chronique
de
l'Archéologie wallonne 13, 2006, p. 159-161.
Frébutte (Christian) et Michèle Gustin, Engis/Hermalle-sous-Huy :
fouille d'une installation protohistorique et d'une tuilerie
gallo-romaine à la « Campagne de la
Gerée » dans Chronique
de
l'Archéologie wallonne 14, 2006, p. 129-131.
Frébutte (Christian), Gustin (Michèle), Marchal
(J.-.P.), Collette (Olivier), Defgnée (Ann) et Christine
Laurent, Occupation du
Hallstatt C à la « Campagne de la Gerée
», à Hermalle-sous-Huy (Province de
Liège), Lunula, Archaeologia protohistorica,
XV, 2007, p. 97-105.
Frébutte (Christian), Gustin (Michèle), Marchal
(J.-.P.), Collette (Olivier), Defgnée (Ann) et Christine
Laurent, Engis/Hermalle-sous-Huy
: fin de la fouille de prévention à la
« Campagne de la Gérée »
dans Chronique de
l'Archéologie wallonne 15, 2008, p. 120-122.
http://environnement.wallonie.be/rapports/dppgss/air1997/zpeg.htm
www.prcv.eu/spip.php?article33
http://www.larousse.fr/ref/contrib/Jean-de-Hermalle-dit-l-Agneau-_11011390.htm
Dank 
Onze dank gaat uit naar de vereniging Cercle
archéologique Hesbaye-Condroz,
en nog belangrijker, naar Virginie Delvaux en Paul Renoir
†, Georges Plumier
†, Emile Desmet, Jules Feron, Léon Verdin,
Cyrille Meunier † 29/4/2007, Patrick Hoyoux
†,
François Delchambre, Robert Streel en Jacques Berten voor de
documenten zij waren bereid om ons geven of lenen, en voor de
herinneringen die zij ons hebben gegeven.
Wegens het verdwijnen van een groot deel van de archieven in de jaren
1980, konden we niet zonder hun hulp enkele delen van de recente
dorpsgeschiedenis opnieuw samenstellen.
Het spreekt vanzelf dat wij altijd op zoek naar oude documenten op
Hermalle zijn.
Contact : info[apenstaartje]hermalle-sous-huy.be
|
|